Mestbank - vraag om analyseverslagen dierlijke mest over te maken

Een aantal landbouwers kregen recent een brief van de mestbank met de vraag om voor eind juli 2014 bepaalde analyseverslagen van dierlijke mest aan hun over te maken.

 

Hierbij wat achtergrondinformatie die aanleiding gaf tot het sturen van deze brief

De mestbank stelt vast dat de laatste jaren steeds meer mest met hoge analysewaarden naar de verwerking gaat of geëxporteerd wordt.  Voor de afvoer naar de verwerking in 2013 bijvoorbeeld had  42 % van de varkensmest een N-inhoud  van meer dan 10 kg N/ton, voor pluimveemest had 47 % een N-inhoud > 30 kg N/ton.  Ook voor de export is er een toenemend aandeel van mest met een hoge analysewaarden.

Uit het eigen onderzoek daarentegen (o.a. proefproject waarbij een aantal bedrijven intensief opgevolgd worden door zowel put- als vrachtstalen te nemen) stelt de mestbank vast dat deze hoge N-waarden nooit worden geanalyseerd. De forfaitaire waarde van 9,2 kg N voor varkensmest werd geen enkele keer gehaald.

 

Naar aanleiding van beide vaststellingen heeft de mestbank de volgende acties vastgelegd

Landbouwers die afvoeren met hoge waarden worden expliciet aangeschreven. Er wordt hun gevraagd de desbetreffende analyseverslagen over te maken.

Landbouwers die afvoeren met hoge waarden zullen wellicht in de toekomst een verhoogd aantal stalen moeten laten nemen.

Van zodra SMIL (Staalname Melding Internet Loket van de Mestbank) uitgebreid is, zal elke staalnemer verwerker iedere staalname moeten melden bij de mestbank.