Nitraatresiducampagne beheerovereenkomst Water van 1 okt. tot 15 nov.

Landbouwers die een beheerovereenkomst water hebben gesloten met de VLM moeten een nitraatresidubepaling laten uitvoeren op de percelen waarop de maatregel wordt toegepast, in de periode van 1 oktober tot 15 november.
Erkende laboratoria voeren de nitraatresidubepalingen uit en houden zich daarbij aan strikte regels. De VLM keert pas een vergoeding uit als het nitraatresidu meer dan 4 kg N lager is dan de nitraatresidudrempelwaarden die de Vlaamse Regering heeft vastgelegd.

Op welke percelen laat u een nitraatresidu bepalen?
De percelen waarop u dit jaar de beheerovereenkomst Water toepast, werden aangeduid in de Verzamelaanvraag met de bijkomende bestemming ‘BW3’. Het is nodig dat u op alle gemelde percelen, die in aanmerking komen voor het berekenen van een vergoeding, een nitraatresidubepaling laat uitvoeren.

Welke gemelde percelen komen niet in aanmerking voor het berekenen van een vergoeding?
Een nitraatresidubepaling laten uitvoeren op percelen die niet in aanmerking komen voor een beheersvergoeding, heeft geen zin.
• Percelen die niet vóór 31 mei gemeld werden in de Verzamelaanvraag met de bijkomende bestemming “BW3”, komen nooit in aanmerking.
• De beheerovereenkomst Water kan niet worden toegepast op percelen waarop een verlaagde bemestingsnorm (zoals de 2 GVE-norm) of een verhoogde bemestingsnorm geldt (zoals derogatie, …), noch op percelen waarop de bemestingsnormen werden aangescherpt door het opleggen van een maatregelenpakket (zoals maatregelenpakket 3 of 4).
• Een beheersvergoeding zal pas berekend kunnen worden als u de percelen een volledig kalenderjaar in gebruik hebt. Voor de percelen met een startdatum ná 1 januari of een stopdatum vóór 31 december, wordt geen vergoeding toegekend. Overnames van de beheerovereenkomsten Water moet u daarom tijdig aan de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) melden en uiterlijk binnen 5 maanden na de overname. Tijdig gemelde percelen met een graangewas, komen enkel in aanmerking voor het berekenen van een vergoeding als het graangewas gevolgd wordt door een nateelt. Die nateelt moet ook aangegeven zijn op de Verzamelaanvraag, zo niet komt het perceel niet in aanmerking voor een beheersvergoeding.

Een vlotte doorstroming van de gegevens is nodig
Om een vlotte en correcte doorstroming van gegevens toe te laten én om de beheerovereenkomsten zo snel mogelijk te kunnen uitbetalen, kiest u zelf een erkend laboratorium en vraagt u aan het laboratorium om de resultaten van de nitraatresidumeting zo snel mogelijk te bezorgen aan de VLM.

De VLM mag enkel persoonlijke gegevens doorgeven aan het laboratorium als u daarvoor uitdrukkelijk de toestemming hebt gegeven. Elk laboratorium beschikt over een document waarbij u op een eenvoudige manier toestemming kan verlenen om uw gegevens door te geven. U neemt hiervoor best contact op met het gekozen laboratorium.

Aandachtspunten bij het bepalen van het nitraatresidu van gemelde percelen
Zodra u de toestemming schriftelijk hebt gegeven, bezorgt de VLM de gegevens van de te bemonsteren percelen en het aantal te nemen stalen per perceel, aan het gekozen laboratorium.

Per 2 ha en per teelt laat u het nitraatresidu bepalen voor een gemeld perceel. Dat betekent bijvoorbeeld dat er voor een perceel van 3 ha twee stalen van elk 1,5 ha noodzakelijk zijn.
De VLM gebruikt de perceelsgegevens van de Verzamelaanvraag (zoals gekend in augustus), om na te gaan of een perceel in aanmerking komt voor een vergoeding. Gemelde percelen worden aan het laboratorium overgemaakt, ook de percelen die niet in aanmerking komen voor het berekenen van een vergoeding. Het laboratorium en de staalnemer weten welke percelen niet in aanmerking komen en wat de reden hiervan is. Standaard bemonstert het laboratorium enkel gemelde percelen die in aanmerking komen voor de beheersvergoeding. U doet er dan ook goed aan om na te zien of al uw gemelde percelen bemonsterd worden. Bij twijfel neemt u best contact op met de VLM.

Zijn de perceelsgegevens in de verzamelaanvraag gewijzigd na augustus, dan zijn die gegevens nog niet gekend bij het laboratorium en dus meldt u die wijzigingen best ook snel aan het laboratorium en de staalnemer. Bij twijfel doet u er goed aan om contact op te nemen met de VLM.

Om na te gaan of de bemonstering correct verloopt, is het best dat u zelf bij het nemen van de stalen aanwezig bent. Zo zorgt u ervoor dat de staalnemer voldoende stalen neemt en op de juiste percelen.

Op het einde van de campagne worden alle resultaten van de nitraatresidubepalingen bij de VLM verwacht. Het laboratorium bezorgt rechtstreeks alle resultaten van de campagne aan de VLM.

Gevolgen bij een te hoog nitraatresidu
Begin 2013 ontvangt u van de afdeling Mestbank van de VLM een brief met het weerhouden analyseresultaat per perceel (opgelet, de vergoeding wordt berekend volgens het nitraatresidu per genomen staal) en de eventuele begeleidende maatregelen bij een te hoog nitraatresidu.

Op percelen die de gestelde drempelwaarden overschrijden, zijn begeleidende maatregelen van toepassing in het jaar volgend op de staalname (dus in 2013). Die begeleidende maatregelen variëren en zijn afhankelijk van de hoogte van de overschrijding. Eventuele maatregelen zijn: bodemstalen laten nemen, een bemestingsplan opmaken, bemestingsadviezen toepassen, verstrengde bemestingsnormen, …

Wat als u op de percelen met een beheerovereenkomst Water in 2012 begeleidende maatregelen moet uitvoeren?
Op de percelen waarop in 2011 een nitraatresidu bepaald werd dat hoger was dan de drempelwaarde (vastgelegd door de Vlaamse Regering), werden door de afdeling Mestbank van de VLM begeleidende maatregelen opgelegd. Die maatregelen gelden dit jaar (2012). Percelen waarop (eventueel na het behandelen van een bezwaarschrift) een maatregelenpakket 1 of 2 van toepassing is, komen in 2012 in aanmerking om de beheerovereenkomst Water (BW3) op toe te passen. De beheerovereenkomst Water kan niet worden toegepast op de percelen waarvoor een maatregelenpakket 3 of 4 geldt in 2012.

Eén van de begeleidende maatregelen is het laten uitvoeren van een nitraatresidubepaling in de periode vanaf 1 oktober tot 15 november 2012 op één of meerdere percelen. Het uiteindelijk aantal nitraatresidubepalingen is afhankelijk van het aantal percelen waarop de maatregelen van het overeenkomstig maatregelenpakket van toepassing zijn. U ontvangt van de afdeling Mestbank van de VLM nog een brief waarin de percelen aangeduid worden waar de nitraatresidubepalingen moeten uitgevoerd worden. Als een perceel wordt aangeduid waarop in 2012 een beheerovereenkomst Water (BW3) wordt toegepast, dan is het niet nodig om op het perceel tweemaal een bemonstering te laten uitvoeren. Het resultaat van de nitraatresidubepaling is zowel voor de beheerovereenkomst Water als voor de begeleidende maatregelen geldig.

Als op de aangeduide percelen geen beheerovereenkomst Water van toepassing is, dan is het zeer belangrijk dat u uw laboratorium de opdracht geeft om ook op deze percelen een nitraatresidubepaling te laten uitvoeren. De resultaten van de nitraatresidubepalingen, zowel in uitvoering van de beheerovereenkomst Water of in het kader van de begeleidende maatregelen, worden altijd door het erkende laboratorium rechtstreeks aan de VLM bezorgd.

Erkende laboratoria
De lijst van erkende laboratoria staat op de website van de VLM (www.vlm.be – klik bovenaan op ‘land- en tuinbouwers’ - rubriek ‘in de kijker’).

Contactpersonen
Wie vragen heeft bij de beheerovereenkomst Water en de staalnamecampagne, kan altijd contact opnemen met de dienst Beheerovereenkomsten in zijn provinciale vestiging.
• VLM Regio West (Brugge en Gent): Michel De Clerck: 09 244 85 63 begin_of_the_skype_highlighting
• VLM Regio Oost:
o Herentals: Chris De Schepper: 014 25 83 65 begin_of_the_skype_highlightingend_of_the_skype_highlighting
o Hasselt: Michel Dessers: 011 29 88 39 begin_of_the_skype_highlighting  end_of_the_skype_highlighting
o Leuven: Sven Jardin: 016 66 52 86 begin_of_the_skype_highlighting  end_of_the_skype_highlighting